Eén van de belangrijkste opgaven uit de Structuurvisie Wonen, Zorg en Woonomgeving is het beter afstemmen van het woningaanbod op de veranderende vraag naar woningen. De gemeente draagt hier actief aan bij om een goede en passende huisvesting voor inwoners te realiseren: oude plannen schrappen en ruimte creëren voor nieuwe initiatieven.

Plan van aanpak sturing planvoorraad

Er stonden plannen voor 1560 woningen op papier. Uit onderzoek blijkt dat er behoefte is aan maximaal 640 nieuwe woningen. Er zitten dus 920 woningen te veel in de planning. De gemeente gaat er op sturen dat dit overschot in stappen wordt teruggebracht: nog 140 woningen minder in de planning vóór 2018 en 550 in de periode daarna. Daarnaast wil de gemeente dat woningen waar echt vraag naar is, ook gebouwd kunnen worden en niet alleen op papier bestaan. Om deze stevige opgave waar te maken, heeft het college van B&W eind vorig jaar een plan van aanpak vastgesteld.

Wat houdt de aanpak van de gemeente in?

Er wordt zorgvuldig gekeken naar elk bouwplan dat er ligt. Als er nog geen vergunning is afgegeven of als er geen verplichtingen zijn uit een contract of bestemmingsplan, dan is het uitgangspunt dat het plan wordt geschrapt. Dat betekent dat de woningen definitief niet meer gebouwd worden. Uiteraard wordt de eigenaar van het bouwplan hierover tijdig geïnformeerd. Ook met de eigenaren van plannen waarvoor al een vergunning is afgegeven, een bouwtitel is opgenomen in het bestemmingsplan of een contract is afgesloten, wordt gekeken of het plan nog door kan gaan. Eventueel met minder woningen of woningen voor een andere doelgroep.

Tot 2018 wordt op verschillende manieren gewerkt aan het verminderen van het overschot aan woningbouwplannen. Dat gebeurt door het hanteren en handhaven van bouwtermijnen, het heronderhandelen van contracten en het intrekken van vergunningen. Ook worden bouwmogelijkheden weggenomen wanneer deze in het bestemmingplan staan maar al lange tijd niet worden benut. Belanghebbenden worden hierover geïnformeerd.

Oude principetoezeggingen nog 1 jaar geldig: tot 1 juli 2017

In het verleden zijn door het college diverse zogenaamde principetoezeggingen gedaan om medewerking te verlenen aan woningbouwplannen. In het verleden werd hier geen termijn aan gekoppeld waarbinnen een vergunning moest zijn aangevraagd. Tegenwoordig moet binnen 1 jaar na principetoezegging een vergunning zijn aangevraagd. De gemeente wil dit gelijk trekken. Initiatiefnemers met een oude toezegging zonder einddatum krijgen daarom tot 1 juli 2017 de kans om een concrete aanvraag in te dienen. Zo niet, dan vervalt de toezegging.

Terugbetaling van leges

Vanaf 2016 kan een vergunninghouder een deel van de legeskosten die betaald zijn voor de vergunning terug krijgen als hij/zij zelf verzoekt om intrekking van een “vergunning met woontitel”. Dit bedrag is 15% van de betaalde leges met een maximum van € 1.000. Met deze bijdrage wil de gemeente stimuleren dat onbenutte vergunningen op eigen initiatief worden ingetrokken. Dit biedt weer ruimte voor nieuwe initiatieven.